Eisen, te stellen aan verleningsbesluit bij uithuisplaatsing

Hof Den Haag 13-1-2016; GHDHA:2016:40: In artikel 1:265b lid 2 BW is bepaald dat de raad, die een verzoek tot machtiging uithuisplaatsing doet, daarbij het besluit van het college van burgemeester en wethouders, bedoeld in artikel 2.3 lid 1 van de Jeugdwet (Jw) overlegt. Bij het inleidend verzoek van de raad is een verleningsbesluit overgelegd, gedateerd 9 juli 2015 en ondertekend door de voorzitter van de Jeugdbeschermingstafel, namens het college van burgemeester en wethouders. Dit besluit houdt onder meer in: “… conformeert de voorzitter van de Jeugdbeschermingstafel zich wel aan de bevindingen van het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming waarbij het verzoek aan de kinderrechter een mogelijke uithuisplaatsing kan zijn. Overwegende dat, gevolg is gegeven aan de criteria die de gemeente hanteert op grond waarvan een uithuisplaatsing niet lijkt uit te sluiten, besluit de voorzitter dit verzoek toe te kennen.”

9. De vader stelt zich op het standpunt dat niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 1:265b lid 2 BW, omdat het verleningsbesluit geen beschrijving van de plaats waartoe de machtiging strekt bevat.

10. Het hof overweegt hieromtrent als volgt. Het overgelegde verleningsbesluit betreft een zogenaamd “blanco’ verleningsbesluit, waarin de gemandateerde van het college van burgemeester en wethouders besluit ten behoeve van de betreffende minderjarige een individuele voorziening ingevolge artikel 2.3 lid 1 Jw te verlenen conform de bevindingen van de raad. Noch uit de wettelijke bepalingen, noch uit de wetsgeschiedenis volgt dat dit besluit in die zin moet worden gespecificeerd, dat het een beschrijving van de plaats waartoe de machtiging tot uithuisplaatsing strekt bevat. In artikel 2.3 Jw is de verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders neergelegd voor het bieden van jeugdhulp in individuele gevallen en daartoe een voorziening te treffen in het verleningsbesluit. Niet valt in te zien dat het verleningsbesluit niet voldoet doordat het college voor de te treffen voorziening aansluiting zoekt bij de bevindingen van de raad.

11. Overigens is in artikel 1:265b lid 3 BW opgenomen dat een machtiging tot uithuisplaatsing kan worden verleend terwijl het verleningsbesluit ontbreekt, indien het belang van het kind dit vergt. Dit kan het geval zijn indien het college niet op tijd een besluit neemt of bij een meningsverschil tussen de raad en de gemeente. Door de man is niet aangegeven welke gevolgen het vermeende bezwaar dat aan het verleningsbesluit kleeft, in zijn visie moet hebben voor de beslissing. Gelet op het bepaalde in artikel 1:265 lid 3 BW kan, indien het belang van het kind dit vergt, aan een mogelijke tekortkoming worden voorbij gegaan.

Dit bericht is geplaatst in Jeugdwet. Bookmark de permalink.