Concreet zicht op legalisatie?

ABRS 21-11-2012, LJN BY3714 Burgemeester en wethouders hebben handhavingsbeslissing ingetrokken omdat inmiddels een ontwerp van een vrijstellingsbeslissing ter inzage ligt. Volgens de rechtbank was er geen zicht op legalisatie. De Afdeling vindt van wel: Ten tijde van het besluit op bezwaar van 6 september 2011 was sprake van concreet zicht op legalisatie, aangezien het ontwerpbesluit tot verlening van een omgevingsvergunning voor het tijdelijk afwijken van het bestemmingsplan ter inzage had gelegen (welke omgevingsvergunning inmiddels ook is verleend). Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen in een zaak waarin een ontwerpbesluit tot vrijstelling van het bestemmingsplan ter inzage lag (uitspraak van 18 november 2009 in zaak nr. 200902465/1/H1), zou onder deze omstandigheden voor de conclusie dat desondanks concreet zicht op legalisatie ontbreekt, eerst aanleiding kunnen bestaan indien op voorhand duidelijk zou zijn dat een omgevingsvergunning voor het tijdelijk afwijken van het bestemmingsplan niet zou kunnen worden verleend. Dat is hier niet aan de orde, mede gelet op de ten tijde van het nemen van het besluit op bezwaar bekende akoestische gegevens. Bij de beoordeling of sprake is van concreet zicht op legalisatie mocht het college daarvan uitgaan. Voorts bestaat geen grond voor het oordeel dat op voorhand duidelijk was dat de omgevingsvergunning niet in een tijdelijke behoefte zou voorzien. Gelet op het vorenstaande heeft het college het handhavingsbesluit van 15 februari 2011 terecht ingetrokken.

Naar de volledige uitspraak

Dit bericht is geplaatst in handhaving. Bookmark de permalink.