ABRS 27-12-2012, LJN BY7376 De vraag is of betrokkene tijdig een zienswijze tegen de vaststelling van het bestemmingsplan heeft ingediend. Betrokkene stelt dat hij tijdig een zienswijze per post heeft ingediend. De raad stelt dat dit niet het geval is maar kan geen envelop overleggen. Wel is door de gemeente op de zienswijze een stempel geplaatst waaruit valt af te leiden dat de zienswijze later dan een week na einde van de termijn als ingekomen post is gestempeld. Dit is voor de ABRS doorslaggevend:
“4.1. Het ontwerpplan is blijkens de kennisgeving met ingang van 13 november 2009 voor de duur van zes weken ter inzage gelegd. De termijn waarbinnen zienswijzen naar voren konden worden gebracht eindigde derhalve op 24 december 2009.
4.2. [appellant sub 4] stelt dat zij op 16 december 2009 en derhalve voor het verstrijken van de termijn haar zienswijze ter post heeft bezorgd. Ter zitting is gebleken dat de raad de envelop met de poststempel niet kan overleggen waaruit zou blijken dat de zienswijze na het einde van de termijn ter post is bezorgd. Gezien het vorenstaande gaat de Afdeling ervan uit dat [appellant sub 4] haar zienswijze voor het verstrijken van de termijn ter post heeft bezorgd.
Volgens het door de raad geplaatste inkomststempel is de zienswijze van [appellant sub 4] evenwel op 7 januari 2010, derhalve later dan een week na afloop van de termijn, door de raad ontvangen. [appellant sub 4] is er niet in geslaagd aan te tonen dan wel aannemelijk te maken dat het zienswijzegeschrift niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen door de raad.
Gelet op het voorgaande moet het ervoor worden gehouden dat [appellant sub 4] niet tijdig een zienswijze over het ontwerpplan naar voren heeft gebracht bij de raad.”
Geen envelop wel een stempel
Dit bericht is geplaatst in bestuursprocesrecht. Bookmark de permalink.