“Besluit en afspraken” een besluit?

Rechtbank Den Haag 25-5-2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:6027: Aan de zogenaamde “Jeugdbeschermingstafel” van de gemeente Leidschendam‑Voorburg heeft op 24 november 2015 overleg plaatsgevonden over de dochter van verzoeker. Aan dit overleg hebben onder meer medewerkers van het jeugdteam van de gemeente, verzoeker en zijn voormalige partner deelgenomen. Tijdens dit overleg zijn afspraken gemaakt die door partijen zijn ondertekend en is besloten tot niet vrijblijvende hulpverlening (drangkader) met een uitgesteld raadsonderzoek van zes maanden. Deze beslissing, de gemaakte afspraken en de ondertekening zijn diezelfde datum neergelegd in een stuk dat is genoemd “Besluit en afspraken jeugdbeschermingstafel”. Is dit een voor beroep vatbaar besluit in de zin van artikel 1:3 Awb? De rechtbank oordeelt dat dit niet het geval is: Een publiekrechtelijke rechtshandeling, als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb, is een handeling die naar haar aard op rechtsgevolg is gericht. Dat wil zeggen dat rechten, aanspraken of verplichtingen worden vastgesteld, gewijzigd of opgeheven, dan wel dat een bevoegdheid of een status wordt vastgesteld, gewijzigd of opgeheven. Het schriftelijk stuk van 24 november 2015 en de daarin neergelegde afspraken doen dat niet. De in dat stuk neergelegde drangaanpak doet dat evenmin. Die aanpak is weliswaar niet vrijblijvend, maar is niettemin gebaseerd op de vrijwillige medewerking van partijen. In dit geval is dan ook geen sprake van een op enig rechtsgevolg gericht besluit in de zin van artikel 1:3, eerste lid, van de Awb.

Dit bericht is geplaatst in algemeen bestuursrecht, Jeugdwet. Bookmark de permalink.